1. ''Ik hou van je!'' - ''We blijven wel vrienden.'' 2. ''We blijven wel vrienden.'' - ''Op naar het volgende slachtoffer.'' 3. ''We wonen te verweg van elkaar.'' - ''Ik vind er nu al niks aan, laat dit snel voorbij zijn.'' 4. ''Wil je met me?'' - ''Even een proefperiode. Kijken of je goed genoeg bent.'' 5. ''Blijf je slapen?'' - ''Je bent geslaagd voor de proefperiode.'' 6. ''Je bent lief.'' - ''Maar niet mooi genoeg!'' 7. ''Kom je op de koffie?'' - ''Even wat bijpraten over wat jij wel niet aan jezelf moet veranderen...'' 8. ''Sorry.'' - ''Ja, helaas. Nou oprotten!'' 9. ''Tot morgen!'' - ''Tot ooit, ik zie wel wanneer.''